De bus

De bus

zondag 27 juli 2014

En er was licht!



De ietwat angstige vraag die we in het begin van mensen kregen was: komen er nog ramen in? Blijkbaar is het hebben van ramen voor velen hèt kenmerk dat een camper onderscheidt van een bestelbus. De vraag konden we gelukkig bevestigend beantwoorden, want het is altijd de bedoeling geweest om ramen in de bus te maken. Onze bus heeft al ramen in de achterdeuren, dus dat scheelt. Gezien onze gewenste inrichting hebben we gekozen om aan weerszijden aan de voorkant een klapraam te maken. In het dak komt verder een transparant dakluik, voorzien van een ventilator. Er komt zo licht bij de tafel en bij de keuken. Het worden geïsoleerde, dubbele Seitz S4 ramen van 45 bij 70cm. 

Deze passen mooi in de facetten in de wand en de schuifdeur. Aan de binnenkant van de zo’n raam zitten zowel een hor als een verduisteringsgordijn ingebouwd. Het dakluik is een Thule Omnivent, die zowel open als gesloten ventileert. De daarin gemonteerde ventilator kan naar wens lucht in of uit de camper blazen. Ook hier zijn een hor en verduistering aan de binnenkant ingebouwd.


Door de kokerbalken aan het plafond en de geribbelde structuur, kunnen we niet heel flexibel zijn in de locatie van het dakluik. We kiezen voor een positie iets achter het midden van de ruimte, tussen de keuken en het bed.

Voor de klus om de zaag in de wanden te zetten, hebben we de hulp ingeroepen van Floris. Het is heel gek hoe snel je je hecht aan een stuk blik, en zowel Heleen als ik moesten even slikken toen de boor en later de zaag in de wand gingen. In de warmte op de oprit vlogen binnen de kortste keren de vonken in het rond. De ramen bleken vrij gemakkelijk te installeren. Het binnen- en buitendeel klemmen elkaar vast met schroeven. Een latje van de juiste dikte bewaart de afstand; de binnenkant komt immers op de binnenwand, en die dikte is afhankelijk van de isolatie en de balken. Met butylkit hebben we als het goed is voor een waterdichte maar elastische verbinding gezorgd.





In een tweede sessie met Floris, ditmaal in de garage – je moet de weergoden niet tarten, hebben we ook het gat voor het dakluik gezaagd. De montage is gelijk aan die van de zijramen, maar de locatie maakt het een inspannend karwei. Het geribbelde dak maakt het nog best lastig en binnenkort testen we of alles inderdaad waterdicht geworden is.





Met de ramen erin, konden we ook weer verder met de isolatie. Hierbij kregen we dit keer de hulp van Saskia en Jens. De 20m2 die we aanvankelijk gekocht hadden, bleek net te weinig. Inmiddels is er nog een paar meter bijbesteld (ook op ‘pakjesavond’ geleverd). 


Als de isolatie helemaal klaar is, kunnen we de kabels voor het elektrisch systeem gaan trekken, zowel 12V als 230V. Hiervoor hebben we inmiddels de meeste onderdelen al binnen.

vrijdag 25 juli 2014

Pakjesavond

Af en toe lijkt het hier wel pakjesavond als er twee, soms wel drie bezorgers op een dag langskomen! In dit geval vooral onderdelen voor het elektrisch systeem.

Waar te beginnen?



Op 5 mei hadden we de bus dan voor onze deur staan. En dan? Wat doe je eerst, waar begin je? De eerste dagen moest de bus nog op de oprit staan; de sleutel van de garage kregen we pas op de dag voor hemelvaart. Daarna heeft het nog twee weken geduurd voor we daar de elektriciteit weer aangesloten kregen. In de tussentijd hebben we vooral materialen geshopt – het blijft natuurlijk een bestelbus. Klussen die stroom vereisten, moesten we voor de deur uitvoeren. Gelukkig waren de weergoden ons goed gezind.

Strippen
Zodra ze tijd had, is Heleen begonnen met het leeghalen van de bus. Aan de binnenkant was deze mooi afgetimmerd.

Er lag een plaat op de vloer en de cabine en laadruimte waren door een stalen wand gescheiden. Omdat we wisten dat deze toch zou moeten verdwijnen, is die gelijk op Marktplaats gezet. Blijkbaar was het een gewild item, want drie dagen later kwam een Belg hem ophalen. Het hout ging eruit, en daaronder bleek het metaal er mooi uit te zien. Het plaatwerk op de deuren was stuk, dus die hebben we eraf gehaald.


Er zit veel zand in de auto, en door de onderdelen los te halen maken we hem letterlijk kilo’s lichter (dat scheelt straks weer bij de keuring! ;) )

Tegenslagje
Na enkele dagen, krijgen we ook de eerste tegenslag te voorduren: als we richting bouwmarkt willen rijden om wandplaten in te slaan, blijkt de accu leeg. Eerst denken we nog aan een lampje dat is blijven branden, maar al snel blijkt dat de accu echt kapot is. Het is nog de originele accu uit 2005, dus het mag ook wel. Met een nieuwe 95Ah accu komt de bus weer als vanouds tot leven. Wel halen we nu standaard de accupool los, zodat de accu niet leeg kan lopen. Als het elektrisch systeem straks verder gevorderd is, kan de acculader aangesloten worden om deze accu, en natuurlijk de deep cycle accu, vol te houden.

Isolatie
Nadat de bus helemaal leeg is, is de eerste klus het isoleren van de wanden, het dak en de vloer. Een bestelbus is gemaakt om een zo groot mogelijk volume aan laadruimte te hebben. Er is dus geen enkele isolatie aanwezig. Je kijkt aan de binnenkant zo tegen het plaatwerk aan. In de zon kun je gelijk goed merken wat dit voor effect heeft op de binnentemperatuur. Het warmt heel snel op. We kiezen voor isolatie met X-trem isolatiemateriaal op de meeste plekken. Dit is speciaal dun materiaal voor campers en caravans. Het heeft een redelijke isolatiewaarde, neemt geen vocht op en kan direct verlijmd worden op  het plaatwerk van de bus. Het op maat snijden en verlijmen van de stukken is een aardige klus, die ons al heel wat uurtjes zoet hield en houdt. Vooral het opvullen van alle richels in de vloer was een monnikenwerk waar Heleen erg druk mee is geweest.
De deuren en moeilijk te bereiken ruimtes worden met Doscha schapenwol geïsoleerd. Ook dit isoleert prima en reguleert, in tegenstelling tot bijvoorbeeld glaswol, het vocht heel goed. Ook is het lekker zacht waardoor het zonder handschoenen te verwerken is.






Naar de garage
Zoals op de bovenste foto's te zien is, is het reservewiel in de laadruimte gemonteerd. Dit kost veel ruimte, ruimte die je liever voor iets anders gebruikt. Daarom hebben we navraag gedaan bij de Renault-dealer of het mogelijk was het wiel onder de auto te monteren. Na een positief antwoord, hebben we de bus snel richting de garage, praktisch aan het eind van de straat, gebracht. We waren erachter gekomen dat de schuifdeur niet van binnenuit geopend kon worden en wilden graag de originele radio (hadden ze nog cassettebandjes in 2005?) laten uitbouwen. Ook hebben ze het elektrisch systeem doorgemeten, om uit te sluiten dat de lege accu toch door een lekstroom veroorzaakt werd.

Het reservewiel zit nu achter de trekhaak weggewerkt. Met een tie-wrap is het schuifdeurslot gemaakt, de radio lag netjes op de bijrijderstoel en het elektrisch systeem bleek in orde. Behalve de onderbouw van het wiel was niets terug te vinden op de rekening! Prima service dus, bij Renault Munsterhuis. Daar gaan we in de toekomst vaker naartoe als er iets moet gebeuren wat het best bij de dealer uitgevoerd kan worden!

Lak
Hoewel de auto voor zijn ruim negen jaar nog prima in de lak zit, zijn er een paar plekjes die aandacht nodig hebben. Rond de deuren is wat slijtage te zien. Op sommige plaatsen laat de anti-steenslag los, zodat vocht zich kan ophopen. Ook blijkt er een beetje roest onder de plastic bakken die de instap beschermen. Al deze plekken worden geschuurd, in de primer gezet, eventueel met nieuwe anti-steenslag behandeld en vervolgens mooi afgelakt in RAL1012 citroengeel.



maandag 7 juli 2014

Het plan



Nu ik eerst wat verteld heb over hoe we aan onze gele bus gekomen zijn en waarom we voor een Renault Master gekozen hebben, is het nu tijd om verder op het plan in te gaan. Wat hebben we in gedachten? Wat moet er allemaal gebeuren voor de bestelbus is omgetoverd in de camper die wij voor ogen hebben?

Een aantal elementen is in een eerdere post al kort aangestipt: vast bed, overdwars slapen. Verder willen we de camper zo veel mogelijk op een efficiënte wijze kunnen gebruiken. Hoewel het een aardige ruimte is, gaan we proberen door slimme inrichten het maximale eruit te halen. Grofweg is dit de inrichting die we voor ogen hebben:
- achterin een vast bed over de breedte van de bus. Dit wordt een hoog bed met daaronder veel bergruimte.
- bij de schuifdeur een keukentje met stromend water en gaskookplaat
- voorstoelen draaibaar, zodat deze aan de tafel gebruikt kunnen worden. De tafel komt tegenover de keuken.
- in de schuifdeur en boven de tafel een zijraam
- achter de tafel een vaste stoel/bankje
- daarachter nog een hoge kast met daarin de koelkast
- in het dak een luik voor licht en lucht
- aan de buitenkant een luifel om onder te kunnen zitten

De afwerking mag best strak zijn. De meeste campers – ook nieuwe – hebben een tamelijk oubollige uitstraling. We gaan proberen onze camper een meer gepersonaliseerde en frisse uitstraling te geven.

Elektrisch systeem
Om van moderne gemakken gebruik te kunnen maken, zal er ook een elektrisch systeem in de camper gebouwd worden, zowel op 12V als op 230V. Er komt een deep cycle accu die wordt gevoed door de motor als de camper rijdt. Deze accu kan tijdens het kamperen de koelkast en andere apparatuur, zoals de waterpomp, van stroom blijven voorzien. Door de huishoudaccu te scheiden van de startaccu, kan de camper altijd nog probleemloos starten en wegrijden – er wordt alleen stroom verbruikt uit de huishoudaccu. Tevens maak ik een walstroomaansluiting, zodat de camper ook extern met 230V gevoed kan worden – in jargon ‘aan de paal staan‘. Een ingebouwde acculader zal zorgen voor het bijladen van de accu’s via deze aansluiting.
Omdat enkele apparaten niet genoeg hebben aan 12V, bijvoorbeeld de lader van een laptop, wordt er ook een omvormer ingebouwd. Deze zorgt ervoor dat er stroom op de 230V wandcontactdozen blijft staan. Uiteraard is het vermogen wat geleverd kan worden beperkt, evenals de tijd dat dit gebruikt kan worden (afhankelijk van de grootte van de accu).

Water/sanitair
Een keuken met spoelbak is een eis van de RDW om voor de camperkeuring in aanmerking te komen. Deze zal dus ook in onze keuken komen. Idee is om een flinke spoelbak te maken, omdat deze ook fungeert als wasbak. We gaan namelijk geen aparte badkamer maken. De meeste campers van dit formaat hebben dat wel, maar onze ervaring is dat we deze niet nodig hebben of amper gebruiken. Zonde van de ruimte! Een ander voordeel is dat we geen grote vuilwatertank nodig hebben. Ook kun je de hoeveelheid vers water die je meesleept beperken en is geen boiler nodig. Ons verwachte kampeergedrag zal zodanig zijn dat we regelmatig op campings vertoeven. Daar maak je geen gebruik van je eigen badkamer. Het enige wat wel handig is, is een porta potti. Deze zullen we in een kast monteren en kan naar behoeven meegenomen worden voor de momenten dat je niet op een camping staat.

Wensen/extra’s
Omdat je iets nodig hebt om over te kunnen blijven dromen, hebben we nog een aantal wensen geformuleerd. Of deze gemaakt kunnen worden, en zo ja hoe, dat blijft nog de vraag. Tijdens de bouw zullen we hier verder naar kijken.
Een voorbeeld hiervan is een installatie om buiten te koken. In onze Australische camper was een buitenkeuken/grillplaat ingebouwd. Naast dat dit ervoor zorgt dat je niet altijd binnen je vlees staat te verbranden, is het natuurlijk ook gewoon stoer om buiten te kunnen koken. 


Kleinere wensen zijn het verplaatsen van het reservewiel onder de auto. Daarnaast een watertank onder de auto die van buitenaf bij te vullen is.
Een airco is wel verleidelijk, maar praktisch erg moeilijk en duur. Daarom is dit stiekem nog wel een wens, maar zullen we er niet veel moeite voor doen.